BELEIDSPLAN


1. Inleiding

  De Stichting Kambo is opgericht door een groep Nederlandse vrijwilligers, die op verschillende momenten betrokken is geweest bij hulp aan het Weeshuis en de Basisschool Bethel Academy in Achaise, Ghana. Door de krachten te bundelen en door geldstromen samen te brengen, wilden zij het Aichaise project – in nauwe samenwerking met enkele Amerikaanse vrijwilligers en sponsors – verder ondersteunen en ook aan een efficiënte organisatievorm helpen. De ondersteuning van Achaise spitste zich toe op de kwaliteit en de opbrengst van het onderwijs in de met Amerikaanse donaties nieuw gebouwde school. 

   Vervolgens is een onderwijsproject voor de regio Mfuwe in Zambia bij de Stichting Kambo ondergebracht. Dit project was de eerste 3 jaar een pilot en is gericht op de tweede-taalontwikkeling van kinderen in de onderbouw van de basisschool;

de betreffende scholen kunnen in Nederland ontwikkeld materiaal inzetten, wanneer zij hebben deelgenomen aan een reeks training- en scholingsbijeenkomsten voor leerkrachten, uitgevoerd door Nederlandse deskundigen. De pilotscholen en de leerkrachten zijn heel erg enthousiast, in de regio hebben zich al verschillende nieuwe scholen aangemeld en de plaatselijke vertegenwoordigers van het ministerie van onderwijs hebben de resultaten van het project enorm geprezen.  

   De Stichting Kambo wil zich de komende jaren verder ontwikkelen tot een onderwijsondersteuningsorganisatie, gericht op Afrikaanse scholen en met inzet van Nederlandse deskundigen én donaties van Nederlandse en buitenlandse organisaties. Stichting Kambo wil zowel deskundigheids-ontwikkeling als geld inzetten om de doelen te bereiken.

 

 


2. Missie en doelstellingen

   In veel Afrikaanse landen werken scholen met teams van zowel opgeleide en gecertificeerde leerkrachten als ook niet voor het vak opgeleide leerkrachten. Bij veel leerkrachten ontbreken basis-didactische vaardigheden, waardoor de kwaliteit van het onderwijs aanzienlijk wordt gehinderd. De meeste goed opgeleide leerkrachten vinden een baan in de grote steden en in het private onderwijs. Arme scholen en scholen in het binnenland ontberen dus goede kwaliteitsimpulsen. 

  Voor de Stichting Kambo is dat een speerpunt: ondersteuning van scholen en leerkrachten in de arme delen van het land, zodanig dat kinderen maximaal van basisonderwijs kunnen profiteren, goede mondelinge en schriftelijke taal-vaardigheden kunnen ontwikkelen, opdat ze – na een succesvolle schoolloopbaan - een goede arbeidsmarktpositie kunnen bereiken en zo mogelijk het voortgezet onderwijs (junior high school en senior high school) met succes kunnen afronden.  

   In Zambia betekent het dat de leerlingen een voldoende hoog niveau schriftelijke schoolse vaardigheden moeten bereiken, niet alleen in de eigen taal maar ook in het Engels, want Engels is de schooltaal in het VO en ook de voertaal op de arbeidsmarkt en in de toeristenindustrie. De scholen die deelnemen aan het project zullen dus bovengemiddeld moeten scoren op de landelijke toetsen literacy, English, mathematics en science.

   Stichting Kambo hoopt dat te bereiken door het aanbieden van trainingen aan leerkrachten, door de inzet van materialen en hulpmiddelen en door het op orde brengen van de primaire faciliteiten binnen de school. Bijvoorbeeld: wanneer de onderbouw van een school niet voldoende schoolbankjes heeft om alle kinderen schriftelijke vaardigheden te kunnen laten ontwikkelen, wordt er via donaties voor voldoende schoolbankjes gezorgd.  

 De leerkrachten worden getraind met een pakket leerkrachtvaardigheden dat In Nederland is ontwikkeld, met Woorden in de Weer, en van uitsluitend Engelse voorbeelden is voorzien. Elke school ontvangt Engelstalige onderwijsmaterialen, zoals leerkrachtkaarten en wandplaten, waarmee de leerlingen een mondelinge Engelse basiswoordenschat opbouwen. Basisschoolleerlingen in grade 1, 2 en 3 lezen en schrijven sinds kort in hun thuistaal. Vanaf grade 4 is vervolgens het grootste deel van de lessen in het Engels (de zaakvakken) en worden er Engelse schoolboeken gebruikt. Leerlingen moeten op die plotselinge overgang worden voorbereid. Het is bekend dat leerlingen na hun fase van aanvankelijk lezen in de gelegenheid gebracht moeten worden om veel te lezen. Elke school moet dus over een goede schoolbibliotheek beschikken waar veel boeken in de thuistaal en in het Engels voorhanden zijn en er moet een schoolbibliothecaris kunnen worden aangetrokken om het e.e.a. te organiseren. Deskundige hulp vanuit Nederland moet daarvoor beschikbaar komen.

 

 


3. Concrete doelen voor de komende jaren

In het Zambia-project is de pilotfase inmiddels voorbij. Gebleken is dat de scholen, zoals directies, leerkrachten en leerlingen, zeer enthousiast zijn over de materialen en de didactiek die wordt ingezet. De zes pilotscholen hebben volgens plan gewerkt, de leerlingen zijn elk trimester getoetst en blijken de aangeleerde woordenschat voor meer dan 90% te beheersen. De leerkrachten worden periodiek geobserveerd en zij blijken de didactiek met succes toe te passen. Verwacht mag worden dat deze leerlingen een grote sprong voorwaarts maken en een flinke Engelse woordenschat beheersen (circa 2.000 schooltaalwoorden) wanneer zij in grade 4 - 6 les krijgen in de zaakvakken – in het Engels – en zelfstandig de schoolboeken kunnen lezen. De pilot is door de districtsafdeling van het ministerie van Onderwijs in Zambia op de voet gevolgd en gemonitord. De verwachtingen zijn hooggespannen.

Het doel is binnen 2 jaar een vergelijkend onderzoek te doen om de resultaten van de proefscholen te kunnen vergelijken met gematchte controlegroepen. Voor de komende jaren worden middelen gezocht om de inzet van de materialen (drukkosten van de wandplaten, de leerkrachtkaarten), de leerhulpmiddelen en de leerkrachtentraining te kunnen bekostigen. Per school zal dat ongeveer € 3.000 gaan kosten. De Nederlandse uitgever/ontwikkelaar verleent de school een licentie voor het gebruik. Plaatselijk zal een ondersteuningsstructuur moeten worden opgebouwd; trainers schoolbegeleiders moeten worden opgeleid en er zal een kantoortje moeten worden ingericht. Voor de schoolbezoeken moet voorzien zijn in een reiskosten-vergoeding. Indien niet aanwezig, zou voor deelnemende scholen een schoolbibliotheek moeten worden opgezet. De kosten daarvan bedragen circa € 1.000 per school per jaar.

 

 


4. Lokale economie en duurzaamheid

   Stichting Kambo streeft er naar om geld te besteden in de lokale economie en met het oog op milieuvriendelijke oplossingen. Bijvoorbeeld: een school heeft uit een donatie 40 nieuwe schoolbankjes gekregen, opdat kinderen niet op de grond maar gewoon aan een tafel kunnen leren schrijven. De bankjes zijn door een plaatselijke smid geheel van metaal en niet van gekapt hout gemaakt en de frames van oude kapotte 

schoolbankjes zijn weer opnieuw als onderstel gebruikt. En wandplaten, van het leer- en oefenmateriaal dat wordt toegepast, zullen door een lokale drukker – naar Nederlands voorbeeld – worden gedrukt. 

  Voor de coördinatie van het project en voor de ondersteuning van leerkrachten zullen plaatselijk consulenten en trainers worden aangezocht en opgeleid.

 

 


5. Organisatie en bestuur

   Stichting Kambo is in 2013 ingeschreven in de Kamer van Koophandel onder nummer 57027404. De Stichting heeft een website www.stichtingkambo.nl. Op de website wordt in het kort de doelstelling van de stichting uitgelegd en worden de projecten toegelicht. Via de website kunnen belangstellenden in contact komen met het bestuur. Tevens vinden sympathisanten en donateurs er een bankrekeningnummer om bijdragen te storten. Er zijn geen werknemers in dienst.

  De bestuursleden zijn vrijwilligers en verlenen hand- en spandiensten om niet. Op dit moment is er ook geen vergoeding voor uitgezonden deskundigen. Het bestuur bestaat uit 3 personen. Het bestuur vergadert regelmatig, maar minimaal 3 maal per jaar. Er zullen afspraken gemaakt moeten worden met de Nederlandse deskundigen die de leerkrachtentrainingen verzorgen en de deskundigen die ondersteunen bij de opzet van de schoolbibliotheken.

 

 


6. Financiën en bestuur

   In het verleden zijn verschillende inzamelingen gehouden voor het Project Achiase. Deze middelen zijn besteed aan deskundigheidsbevordering, aan schoolboeken en lees-boeken en aan sponsoring van leerlingen. Voor het Zambia project zijn enkele incidentele inzamelingen gehouden, vooral voor schoolmeubilair. De materialen zijn tot nu toe gratis opgemaakt en gedrukt in Nederland. De deskundigen, zijnde de initiatiefnemers van de pilot, hebben tot nu toe kosteloos aan het project gewerkt.

 

 

  De Stichting Kambo wil het Zambia project bij grote donateurs onder de aandacht brengen om de middelen te verwerven voor de gewenste uitbreidingen naar nieuwe scholen in de regio en om het project een solide basis voor de toekomst te kunnen geven.

    Vanaf medio 2018 hebben, naast particuliere sponsors, ook een Nederlandse uitgeverij, De Wilde Ganzen en Triodos Foundation financiële steun toegezegd.